Inbreng raadsvergadering van 21 april 2016

donderdag 21 april 2016 13:54

In dit bericht vindt u de inbreng van de CU-SGP fractie tijdens de raadsvergadering van 21 april 2016.

1e termijn

Coalitieakkoord
Voorzitter. Voor ons ter behandeling ligt het nieuwe coalitieakkoord. Een akkoord dat er niet had mogen zijn. Een akkoord wat is ontstaan door uiterst laakbaar gedrag van twee partijen die op bedenkelijke gronden een eind hebben gemaakt aan de vorige coalitie. Het is een gestolen akkoord en de CUSGP doet niet aan heling. We nemen het voor kennisgeving aan, maar zullen er geen woord aan vuil maken.

Reactie inwoners / media
Waar we wel iet over willen zeggen is over de ontwikkelingen van de afgelopen weken.
Drie  weken geleden is het college naar huis gestuurd via een motie van wantrouwen. Een motie notabene ingediend door de twee grootste coalitiefracties. Dan moet er toch wel iets heel ernstigs aan te hand zijn.  
Zijn er grote rellen in de gemeente uitgebroken en heeft het college niet opgetreden? Nee
Hebben collegeleden zich bezondigd aan gewelddadige acties? Nee
Zijn er miljoenenverliezen geleden of grote sommen geld uit de gemeentekas verdwenen? Nee
Hebben ze gefraudeerd? Nee
Niets van dat alles. Er is geen spoor van crimineel, on-ethisch of laakbaar gedrag te vinden.

In de achterliggende weken, na de plotselinge coupe van CDA en RVB, is de ChristenUnie-SGP fractie door veel inwoners aangesproken over de ontstane situatie. We constateren dat er bij de inwoners geen enkel begrip is voor de politieke crisis. En voorzitter, dat is vanzelfsprekend, want de reden voor de motie van wantrouwen is niet uit te leggen. “Kan dat dan zomaar” of “Maar de wethouders deden het toch prima”? zijn veel reacties die wij horen. Ook uit de ingezonden brieven, columns en overige bijdragen in de lokale media van de afgelopen weken blijkt volledig onbegrip voor de handelswijze van CDA en RVB.

Positie wethouders: Terugkeer Moolenburgh/Goldhoorn. Positie Dijkstra
Voorzitter, de motie was gericht tegen het voltallige college. Nou ja, tegen het voltallige college? Nog tijdens de raadsvergadering zelf bleek, dat die geen betrekking had op de burgemeester. En enkele dagen na de raadsvergadering hadden de wethouders Moolenburgh en Goldhoorn  ineens het vertrouwen terug gekregen. Jawel, de wethouders van CDA en RVB. Kennelijk waren de fracties van het CDA en RVB erachter gekomen dat zij de gruwelijke uitspraken uit het rapport van de rekenkamercommissie niet hadden gedaan.
M.d.V. de vraag rijst dan hoe CDA en RVB daar achter zijn gekomen? De verslagen waren toch geheim? Ik wil hierover volstrekte helderheid hebben. Daar heeft de raad recht op! Daarom wil ik van de heren Divendal, Moolenburgh en Goldhoorn, ieder apart en voor zich, in deze raad horen of zij inzage hebben gegeven in hun gespreksverslag aan uitsluitend de fracties van CDA, RVB en VVD. Hebben zij buiten de overige fracties om aangegeven wie dan wel die uitspraken zouden hebben gedaan?
En voorzitter, een saillant detail hierbij: wethouder Dijkstra kan het niet gedaan hebben, want de goede man is niet eens geïnterviewd door de rekenkamercommissie. Dit zo zijnde voorzitter, kan de conclusie toch niet anders zijn dan dat er iets heel merkwaardigs is gebeurd. Om mogelijk bepaalde uitspraken van het college in het rapport van de rekenkamercommissie wordt er een motie van wantrouwen ingediend tegen het hele college terwijl het heel zeker is dat één van de collegeleden die uitspraken niet gedaan kan hebben. En daar waar de heren Moolenburgh en Goldhoorn dus wel ineens weer deel kunnen uitmaken van het college, geldt dat bijzonder genoeg voor de heer Dijkstra weer niet. Dat roept om een geloofwaardige reactie van de fracties van het CDA en RVB.  

Voorzitter, er is nog een saillant detail: tijdens de vergadering van 24 maart jl. zei de heer Rouwenhorst van het CDA dat “de CDA wethouder telkens op de hoogte was van het CDA standpunt inzake DUO+ en dat het CDA-standpunt dus geen verrassing voor het college kon zijn geweest.” Ook hier, voorzitter, is er toch weer iets heel vreemds aan de hand. De CDA-fractie heeft kennelijk nog wel vertrouwen in haar eigen wethouder, ondanks dat hij het college onvoldoende heeft geïnformeerd over dat CDA standpunt. Voorzitter, ook hieruit blijkt het selectieve wantrouwen van de CDA-fractie.
Vervolgens hebben wij nog wel een vertrouwensvraag aan de heren Moolenburgh en Goldhoorn. Vanaf welk moment wisten zij dat CDA en / of RVB van plan waren een einde te maken aan de coalitie. En vanaf welk moment wisten zij dat er een motie van wantrouwen zou worden ingediend. Die tijdstippen hoeven overigens niet hetzelfde te zijn. Ik verwacht van zowel de heer Moolenburgh als van de heer Goldhoorn, ieder voor zich en apart, hier een helder antwoord op.

Handelen van CDA: gebrek aan regie
In diezelfde vergadering van 24 maart stelde de heer Rouwenhorst namens de fractie van het CDA, dat “met betrekking tot de huidige politieke situatie kan worden geconstateerd dat er geen sprake is van een permanente constante harmonie als het gaat om raadsvoorstellen”. Hij doelde daarmee op de coalitie.
Maar voorzitter, dat gezegd hebbende, wat zou men dan van een zijn verantwoordelijkheid nemende  fractie mogen verwachten? Zeker waar het om de grootste coalitiefractie gaat? Die zou toch als de wiedeweerga grondig coalitieberaad houden. Die zou toch zorgen dat de coalitiepartijen en de collegeleden samen aan tafel kwamen om hierover te praten.
Maar niets van dat alles is gebeurd voorzitter. Geen enkele regie van de grootste coalitiepartijen, noch van het CDA, noch  van RVB. Je mag toch met name van een grootste coalitiefractie en haar voorzitter verwachten dat ze de hoeder van de coalitie zijn. Dat, zodra er scheuren of barsten in de coalitie waarneembaar zijn, zij het voortouw nemen om zaken binnen de coalitie met elkaar uit en door te spreken. Om de scheuren te lijmen en zo samen de rit uit te zitten. Echter, al maanden ontbrak het aan structureel coalitieoverleg. Alleen de avond voor die witte donderdag wilde de fractievoorzitter van het CDA de coalitiegenoten graag even aan tafel hebben. In een krap half uur werd de raad voor besproken waarbij de vertegenwoordigers van de twee grootste fracties niet verder kwamen dan hun ongenoegen te uiten over de gewraakte passages op pagina 16 van het rekenkamer-rapport. Met geen woord is er gerept over een motie van wantrouwen of het mogelijk opbreken van de coalitie
Daarna stelde de heer Rouwenhorst (niet de fractievoorzitter; ik kom daar zo op terug)  in de raadsvergadering van 24 maart dat “niet zonder reden een schorsing wordt aangevraagd. Dit moet niet worden opgevat als achterkamertjespolitiek, want dat betekent naar de mening van spreker twee dingen, namelijk buiten de openbaarheid en zonder overleg. Dit overleg heeft plaatsgevonden in het fractieoverleg en er is contact opgenomen met politieke vrienden.”  
Kennelijk behoren de twee kleinste coalitiegenoten dan al lang niet meer tot de politieke vrienden. Immers, buiten hun medeweten en achter hun rug om wordt er door CDA en RVB een motie van wantrouwen met de VVD bedisseld, bekokstoofd en ingediend. Dat voorzitter, dat is nou echt  “achterkamertjespolitiek”
Bijzonder en opmerkelijk tijdens het hele debat was ook de rol van de fractievoorzitter van het CDA: hij hulde zich in een diep stilzwijgen.  Vreemd, vreemd. Natuurlijk, het CDA gaat zelf over haar woordvoerderschap, maar als je notabene als coalitiepartij een motie tegen het eigen college indient, is dat normaalgesproken toch een taak van de fractievoorzitter. De ChristenUnie-SGP-fractie vraagt zich nu toch echt af; wie nu de echte fractievoorzitter is bij het CDA.

Het rapport en de conclusies: ware reden?
Voorzitter, blijft de vraag recht overeind staan waarom toch dat hele college naar huis moest? Omdat collegeleden hun zorgen hebben uitgesproken over de gang van zaken binnen fracties en de wijze waarop de raad functioneert? Omdat er een paar lange tenen geraakt zijn?
Tot drie maal toe heeft de burgemeester tijdens de inmiddels beruchte raadsvergadering van 24 maart spijt uitgesproken over de wijze waarop een verkeerde indruk is ontstaan naar aanleiding van vermeende uitspraken van collegeleden in het rekenkamerrapport. Hij heeft ook aangegeven het zeer te betreuren dat uitspraken zodanig zijn geciteerd dat ze daarmee, buiten de context van een totaalgesprek, een verkeerd beeld hebben opgeroepen. Maar, ook die woorden van u voorzitter, waren zelfs niet voldoende voor CDA en RVB; de motie lag al klaar.

De meest prangende vraag waar we mee worstelen is waarom CDA en RVB van ons af wilden? Ik roep ze op om vanavond de moed op te brengen dat uit te leggen. En voorzitter, ik voeg eraan toe: een uitleg niet alleen voor ons, niet alleen voor deze gemeenteraad, maar ook voor de burgers. Maar die uitleg is ook noodzakelijk omdat de koninklijke weg niet is bewandeld. Namelijk geschillen en ergernissen door middel van coalitieoverleg en overleg in de gemeenteraad uit te spreken. Kortom: er valt wat uit te leggen, niet in de laatste plaats naar de burgers van on ze gemeente.

Voorzitter, wij willen graag duidelijk zijn: de hele gang van zaken toont aan, dat de in het rekenkamerrapport geuite zorg kennelijk terecht is. De fracties van CDA en RVB hebben daarvoor zelf het bewijs geleverd.

Treurnis over handelen coalitiegenoten: met name CDA (lijstverbinding)
Voorzitter, bij de ChristenUnie-SGP fractie leven gevoelens van boosheid, teleurstelling en verdriet. Boosheid over de gang van zaken, over de wijze van handelen van CDA en RVB. Heel concreet gezegd voorzitter: wij voelen ons misbruikt.
Teleurstelling in met name het CDA. Een partij waarmee we nota bene al een aantal verkiezingen een lijstverbinding mee hebben. Maar die er niet voor terugdeinst een collega christelijke partij de dolk van verraad in de rug te steken.  De judaskus toe te dienen.
Maar we hebben ook verdriet over het feit dat een goed bestuur, waar de inwoners zeer tevreden over zijn, wordt opgeofferd voor partijpolitieke belangen.

Aanzien politiek; stemadvies
Voorzitter, we zeiden al eerder: uiteindelijk zijn onze inwoners de dupe. Een goed functionerend college is om zeep geholpen. Twee wethouders worden op wachtgeld gezet. Uitvoering van goed beleid wordt afgebroken. We moeten nog maar zien wat de nieuwe coalitie gaat doen. Eén ding staat vast: het aanzien van de politiek is zeer beschadigd. Of, zoals het in één van de ingezonden brieven in de lokale pers werd verwoord “Hierdoor hoef ik nooit meer te stemmen”. Eerlijk gezegd hopen we dat de briefschrijver daarop terugkomt; zijn stem is in 2018 bij ons meer dan welkom.   

 
2e termijn:
Ik concludeer dat de werkelijke reden van de motie niet ligt in uitspraken van het college, niet in een passage in het rekenkamerrapport. Kennelijk hebben de fracties van CDA en RVB daar geen boodschap (meer) aan. Men zwijgt over de echte vraag naar het waarom of doet het af met vage uitspraken over “chemie” en “gesternte”. Nee, men wilde al langer van de twee kleine coalitiegenoten af. Misschien wel vanaf dag één van deze coalitie. De huidige ontwikkelingen plaatsen de gang van zaken rondom de zondagopenstelling ook in een ander daglicht. Het was per slot van rekening nogal bizar, dat beide fracties destijds niet mee wilde werken aan het aanpassen van het absurde eindtijdstip in het toenmalige raadsvoorstel van RVB-wethouder Goldhoorn. Een overduidelijke provocatie van de ChristenUnie-SGP met de hoop dat die wel af zou haken. Het moet toch een bittere pil geweest zijn voor CDA en RVB, dat wij besloten te blijven zitten. Dus moest men weer op zoek naar een geschikt moment om van ons af te komen en weer een deal te sluiten met de VVD.
De rol van de VVD is overigens ook verre van fraai. Hoewel ik er nog wel begrip voor heb dat je als oppositiepartij je kans grijpt om de overstap te maken naar de coalitie, is de nu gekozen aanleiding en methode zeer bedenkelijk. De VVD heeft zich maar mooi voor het CDA en RVB karretje laten spannen. Maar de VVD is gewaarschuwd; men weet na vanavond met wat voor partijen ze een span zijn gaan vormen.

Voorzitter, deze gang van zaken brengt ons ertoe een “Motie van Treurnis” in te dienen. Ik heb in mijn eerste betoog aangegeven dat bij ons gevoelens van boosheid, teleurstelling en verdriet heersen. We constateren ook dat de inwoners de gang van zaken diep treurig vinden. Dat willen we met deze motie uitspreken.

TEKST MOTIE:
De gemeenteraad van De Ronde Venen, in vergadering bijeen op 21 april 2016,   
Overwegend:
•    Dat CDA en RVB zonder goede reden in de raad van 24 maart 2016 een motie van wantrouwen hebben ingediend tegen het voltallige college
•    Vervolgens in het opvolgende weekend zonder duidelijke reden haar eigen wethouders weer het vertrouwen hebben gegeven
•    De door CDA en RVB aangegeven motieven voor de motie, nl bepaalde uitspraken die grievend zouden zijn, ten minste niet gedaan kunnen zijn door de CU-SGP wethouder, terwijl men het derhalve ongefundeerd wantrouwen tegen de heer Dijkstra overeind houdt.
•    Beide partijen geen helder inzicht verschaffen waarom zij een einde aan die coalitie maken
•    Beide partijen in de achterliggende maanden ook geen enkele poging hebben gedaan om eventueel onderling wantrouwen binnen de coalitie weg te nemen danwel de samenwerking te bevorderen
•    De gang van zaken helder maakt, dat op oneigenlijke gronden een einde aan de coalitie is gemaakt
•    De inwoners geen enkel begrip hebben voor deze handelswijze, getuige de vele ingezonden brieven en columns in de lokale media dan wel de reactie van inwoners en ondernemers in individuele gesprekken.
•    Door deze handelswijze een goed functionerend bestuur wordt weggestuurd, de gemeente met extra kosten voor wachtgeld wordt opgezadeld en het ingezette beleid vertraging in uitvoering zal oplopen
•    De bestuurlijke positie en het krediet dat De Ronde Venen in de regio had hiermee ook ernstig schade heeft opgelopen
•    De inwoners hier de dupe van zijn en het vertrouwen in het lokaal bestuur bij de inwoners een forse klap heeft gekregen .

Spreekt uit
de gang van zaken in de raadsvergadering in 24 maart 2016 en de daarmee samenhangende val van het college van CDA, RVB, PvdA/GL/LS en CU-SGP diep treurig en beschamend te vinden voor het aanzien van de politiek.
En gaat over tot de orde van de dag

Noot: bij de stemming werd de motie verworpen met 14 tegen 12 stemmen. De nieuwe coalitiepartijen stemden unaniem tegen de motie, maar de treurnis blijft.


Labels

« Terug

Reacties op 'Inbreng raadsvergadering van 21 april 2016'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.