Inbreng naar aanleiding van DHV-rapport

maandag 10 oktober 2011 10:09

Afgelopen woensdag 5 oktober was er een raadsdebat in onze gemeente over het DHV-rapport met betrekking tot de gemeentelijke projecten. Begin september is dit rapport, gemaakt op verzoek van het college, bekend geworden met als belangrijkste conclusie dat de gemeente een verliesrisico van ca 15...23 miljoen euro loopt bij het realiseren van de (woningbouw)projecten die we in portefeuille hebben. Op 29 en 30 september waren naar aanleiding van dit rapport zowel burgemeester Burgman als de wethouder Ruimtelijke Ordening en Projecten mevr. Lambregts al afgetreden. HIer volgt de bijdrage van onze fractie in dit debat van 5 oktober

Inleiding
We hebben in onze gemeente  een bijzondere en emotionele week achter de rug, waarin we binnen 1 dag twee bestuurders zijn kwijtgeraakt. Onze fractie betreurt dat.

We hebben ons afgevraagd of  de inwoners beter af nu er ook bestuurlijke koppen zijn gerold en we in een bestuurlijke crisis terecht zijn gekomen met alle vertraging van dien?

Het vertrek van wethouder Lambregts wil ik daarbij apart noemen.  Zoals uit de toelichting van de burgemeester afgelopen donderdag bleek, en ook bevestigd is in de memo van het college van gisteren, was zij juist degene die het initiatief heeft genomen om de projecten eens goed uit te zoeken. Iets waar kennelijk tijdens de vorige collegeperiode geen ruimte of gelegenheid voor was.  

Wij hadden dan ook het volste vertrouwen in deze wethouder, om samen met de huidige wethouder financiën een goede oplossing voor de problemen te zoeken.

We zijn blij dat de overige collegeleden inmiddels hebben aangegeven door te willen gaan, waarvoor ik hen, namens mijn fractie hartelijk dank.

Ook zijn wij zeer content met de snelle interventie van de Commissaris van de Koningin. Hoewel wij pas begin deze avond kort kennis gemaakt hebben met de waarnemend burgemeester, hebben we het volste vertrouwen dat zij de komende maanden onze nog zittende wethouders adequaat zal ondersteunen.

Kwaliteit van het rapport
Dan de aanleiding van dit debat: het rapport van DHV.

DHV heeft grondige analyse gemaakt van de projectenportefeuille waarbij zowel naar het hele projectenprogramma is gekeken maar ook naar de kwaliteit van de werkwijze van de gemeente. De conclusie is dat onze projectenportefeuille er veel slechter voor staat dan wij dachten en dat aan onze werkwijze nog wel het nodige valt te verbeteren.

Wat wij betreuren is de beeldvorming bij het publiek alsof we nu al direct een verlies van 15 miljoen kunnen afboeken. Terecht geeft het college in haar memo van 4-10 aan dat dit geen acuut verlies is. Het is een prognose op basis van de parameters en aannames van DHV van een toekomstig verlies als we de projecten ongewijzigd voortzetten. Maar dat gaan we uiteraard niet doen. Juist daarom is het goed dat dit onderzoek heeft plaatsgevonden, want dit geeft ons het inzicht om de schade te beperken. Het is goed om dat ook naar het publiek nogmaals duidelijk te maken en ik hoop dat de aanwezige media dat ook oppikt.  

DHV heeft bij de toelichting op het rapport aangegeven dat het een momentopname is gebaseerd op de huidige werkelijkheid en marktomstandigheden en op basis van hun inschattingen.  

Wel vragen wij ons af of alle aannames van DHV (bv over de maximale afzet van woningen tot 2025 op basis van de achterliggende jaren) reëel zijn.  Een second opinion over de aannames van DHV lijkt ons wel nuttig, want dat is direct van invloed op de eventueel te nemen verliesvoorziening.

Los daarvan is het een waardevol rapport omdat het  de risico’s goed in kaart brengt en de zwakke punten in de exploitaties aangeeft . Daarnaast bevat het ook de nodige verbetervoorstellen, zowel mbt de individuele projecten, maar ook mbt de projectenorganisatie en het bijbehorende kennis- en vaardighedenniveau.

Terugblik op het verleden
Vorige week zouden we vragen hebben gesteld naar de politieke verantwoordelijkheid. Met het vertrek van de burgemeester en de wethouder RO zien wij weinig nut meer in het stellen van die vraag. Interessanter is de vraag hoe deze situatie heeft kunnen ontstaan? Die vraag is vooral van belang om lessen voor de toekomst te trekken.  

Waar is het misgegaan, welke signalen waren er die ons hadden moeten waarschuwen en waarom is dat niet eerder op gereageerd? Welke waarschuwingen  waren er niet die wel hadden moeten zijn en hoe kunnen we dat verbeteren? Hebben controlerende en adviserende instanties hun werk goed genoeg gedaan of niet? In hoeverre heeft  de raad haar controlerende taak voldoende waargemaakt?

Allemaal vragen die beantwoord moeten worden als we lessen uit het verleden willen trekken.  DHV geeft daar al wel een aantal antwoorden op o.a. met betrekking tot de werkwijze, de taken en verantwoordelijkheden, de samenwerking, het kennis- en vaardigheidsniveau, de organisatie-structuur en financiële structuur. Hoewel dit nu niet de eerste prioriteit heeft, is mijn fractie wel voorstander van een verdere evaluatie, ook met de raad, met het oog op het voorkomen van dezelfde fouten in de toekomst.

Hoe nu verder?
Het college geeft in haar memo van 4 oktober een eerste aanzet die ons aanspreekt. Een heldere tijdpad om te komen tot het realiseren van optimaliseringsmogelijkheden  en een andere projectuitvoering. Ze noemt daarbij als mogelijkheid meer marktconforme woningen te bouwen. We vragen ons wel af wat in de huidige markt nog marktconform is?

Daarnaast denken wij dat een second opinion over de aannames en uitgangspunten die DHV toe heeft gepast gewenst is vanwege de impact op de uitkomsten: dat met het oog op de noodzakelijke verliesvoorziening

Verder pleiten wij ervoor de aanbevelingen van DHV met betrekking tot de werkwijze en competentievergroting ter harte te nemen. We missen daarbij nog wel een aantal punten zoals:

  • de rol van stuurgroepen die toezicht houden op projecten,
  • aandacht voor contract-management en
  • het op regelmatige basis herijken van de grondexploitaties om niet opnieuw verrast te worden omdat de markomstandigheden zijn gewijzigd, er vertraging ontstaat, etc…

DHV doet een goede aanbevelingen met betrekking tot programmamanagement waarmee we een integraal beeld krijgen van de totale bouwplanning. In dat licht geven we het college mee ook kritisch te kijken naar de particuliere bouwprojecten die concurrerend zijn met de gemeentelijke projecten, dan wel die niet passen binnen het gemeentelijk woningbouwbeleid (in termen van volume, woningtype, tijdstip).

Maar wat ons betreft focussen we eerst vooral ook op de twee grootste projecten met het hoogste risico: het Estafetteproject en Marickenzijde. Wij hebben tijdens de informatiebijeenkomst al de suggestie gedaan om te bezien er een koppeling daartussen is te maken Of de primaire doelstelling van het Estafetteproject (realiseren van woon/zorgzones) niet binnen Marickenzijde opgelost kan worden.  De oorspronkelijke bouwcapaciteit op die locatie (1500 woningen) is toereikend. De dekking door een groter bouwprogramma voor Marickenzijde wordt daarmee groter en het verlies op het Estafetteproject wordt daarmee voorkomen (wat ook voor de partner Bouwfonds interessant moet zijn). We realiseren ons, dat dit niet eenvoudig is, omdat er zoveel andere partijen bij betrokken zijn, waaronder rijk en provincie. Maar ook die partijen zitten niet te wachten op een armlastige gemeente waar nauwelijks nog zaken mee te doen is. Wat ons betreft de moeite van het onderzoeken waard en we horen graag van het college of ze dit een te onderzoeken optie vinden. Zo niet, dan zijn we wel benieuwd welke andere mogelijkheden het college ziet om  de schade te beperken.

Tot slot nemen wij graag de uitnodiging aan van het college om de komende maanden regelmatig voortgangsoverleg te voeren. We zijn benieuwd naar de concrete invulling die het college hierbij voor ogen staat, waarbij wat onze fractie betreft, we pleiten voor een zo praktisch en efficient mogelijke oplossing.

Labels

« Terug

Reacties op 'Inbreng naar aanleiding van DHV-rapport'

Geen berichten gevonden

Log in om te kunnen reageren op nieuwsberichten.