Participatiekoers

maandag 30 september 2019 14:18

Sinds 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor het brede terrein van werk en inkomen op basis van de zogenaamde Participatiewet. Eind 2014 heeft de raad het beleidsplan daarvoor vastgesteld. Na vier jaar is dat nu herijkt en dus legde het college in de vergadering van 26 september de nieuwe "Participatiekoers" aan de raad voor. Onze inbreng leest u hier.

We mogen ons gelukkig prijzen, dat we in een gunstige arbeidsregio wonen, wat zonder meer invloed heeft op het relatief lage aantal uitkeringsgerechtigden. We zien dat ook in het overschot van de BUIG-gelden, de vergoeding van het rijk voor de uitkering van de bijstand. We houden daar structureel ca 6 ton per jaar aan over. Het college wil de komende jaren 1 ton per jaar hiervan overhevelen naar extra reintegratie-aanpak. Naar ons oordeel is dat nog wat zuinig, maar voor het moment laten we het daarbij. Want iedere inwoner die we aan werk kunnen helpen, is niet alleen fijn voor die inwoner, maar ook voor de gemeentelijke portemonnee.

Over de hele linie kan de ChristenUnie-SGP de voorgelegde koers steunen. Maar op een aantal punten wil ik toch een accent leggen voor een verdere aanscherping.

Terecht spreekt het voorstel meerdere keren van de mismatch tussen vraag en aanbod. Maar als het om maatregelen gaat, vinden wij de koers daar erg vaag over. U heeft het over "in nauwe samenwerking met werkgevers versterken van de arbeidsmarktpositie van de doelgroep", maar nergens lezen we "Hoe" m.u.v. iets over de studiekeuze van jongeren wat geheel buiten de gemeente om gaat? Kennis, competenties en vaardigheden vergroten bijvoorbeeld via omscholing, zou wat ons betreft de aanpak zijn, maar we lezen daar niets over. Waarom hier niet een concreet programma van gemaakt met cofinanciering van diverse partijen (gemeente, werkgevers en werknemers) en gebruikmakend van subsidies?

Uit de Rapportage Participatie blijkt dat er nog een behoorlijke groep mensen is die na 3 of 6 maanden opnieuw instromen. Over de afgelopen twee jaar is die terugval bijna 20%. Dat vinden wij best veel. Een analyse naar oorzaken hiervan en hoe we de uitstroom effectiever kunnen maken, lijkt ons verstandig. Kan de wethouder dat toezeggen?

U geeft aan de instroom te willen stabiliseren (waarom eigenlijk niet verlagen?) en in te willen zetten op preventie. Dan verbaast het ons dat u er kennelijk genoegen mee neemt pas 3 maanden voordat iemand de bijstand instroomt (dus na ruim 1,5 jaar werkloosheid) geïnformeerd te worden. Waarom niet een veel actievere samenwerking met het UWV dan wel actiever mensen op te roepen zo snel mogelijk na het werkloos worden ook met het werkcentrum contact op te nemen?

Tot slot nog bijzondere aandacht voor statushouders. De ervaring leert, dat zij toch wat extra begeleiding nodig hebben, omdat cultuurverschillen een succesvolle re-integratie in de weg kunnen staan. Dus niet alleen taal, maar ook gebruiken kunnen tot misverstanden leiden. Bij een gesprek op het werkcentrum zal de statushouder wellicht al snel zeggen, dat hij het begrijpt omdat hij niet onbeleefd of dom over wil komen. We hopen dat het werkcentrum daar alert op is. Ook vinden wij het belangrijk dat qua werk zo veel mogelijk wordt aangesloten bij de werkervaring uit het land van herkomst. Waarom iemand naar een baan helpen die totaal niet aansluit bij wat iemand in zijn/haar thuisland deed? Dat leidt misschien wel tot snelle successen, maar niet duurzaam en het demotiveert. En we verspillen menselijk kapitaal en talent. Ook daar zou ik nog wel een reactie van de wethouder op willen horen.

Ondanks dat we niet echt tevreden waren met de beantwoording van het college hebben we het voorstel wel gesteund omdat er ook veel goede dingen in de participatiekoers zitten. Het amendement en de motie van PcdA/GroenLinks samen met RVB hebben we niet gesteund omdat we daar ten opzichte van het raadsvoorstel geen echte meerwaarde in zagen. Het raadsvoorstel is vervolgens aangenomen met alleen tegenstemmen van de RVB-raadsleden.

« Terug

Archief > 2019

Geen berichten gevonden