Woononderzoek & Woonstrategie

maandag 09 maart 2020 08:45

Vorig jaar is afgesproken, gezien de ontwikkelingen op de woningmarkt, om een nieuwe woningmarktonderzoek te doen en op basis daarvan een nieuwe woonstrategie te ontwikkelen. In de raad van 5 maart werd dit behandeld.

In het raadsvoorstel wordt de volgende conclusie verwoord: “Op basis van de raming neemt het aantal huishoudens in de gemeente tot 2040 met circa 2800 huishoudens toe. Deze groei komt door toename van eenpersoonshuishoudens, met name ouderen. Tegelijk groeit het aantal en aandeel jongere huishoudens. Deze huishoudensgroepen hebben minder bestedingskracht en behoefte aan een kleiner woonoppervlak. Er is daarom in de periode tot 2040 een grote vraag naar levensloopbestendige (huur)woningen waarmee antwoord wordt gegeven op de veranderende woon- zorgvraag. Op deze manier wonen inwoners langer veilig thuis. Deze nieuwe woningen moeten in de nabijheid van voorzieningen worden gebouwd. Met het bouwen van woningen voor senioren creëer je doorstroming voor alle doelgroepen, dus voor starters en jonge gezinnen.”

De maatregelen die het college in de woonstrategie voorstelt zijn:

  • Focus op plannen die snel in productie gebracht kunnen worden.
  • Werk met een afwegingskader (de strategie noemt vervolgens zeven criteria)
  • Instrumenten om te komen tot versnelling van het planologisch proces (de strategie benoemd er vier)
  • Instrumenten voor versnellen door vergroting van de bouwcapaciteit (de strategie benoemd er vijf).

Vervolgens stelt het college voor om ook de woonvisie aan te passen door bij nieuwe projecten niet alleen 30% sociale huur, maar ook 15% middenhuur als eis mee te geven.

 

Bij de behandeling heeft Wim Stam namens de ChristenUnie-SGP het volgende standpunt over deze voorstellen gegeven.

De woonstrategie zet wat ons betreft goede lijnen uit. Het afwegingskader en de voorgestelde instrumenten hebben onze instemming. En dat geldt ook voor de aanpassingen in de woonvisie.

Echter, “Rapporten bouwen geen huizen”, als ik een uitspraak van een voormalig defensieminister mag parafraseren. De woonstrategie geeft feitelijk alleen kaders, maar daarmee is er nog geen paal de grond in gegaan. Wat gaat het college precies doen om versneld betaalbare woningen te realiseren. Concrete plannen missen we. Daarom heeft de ChristenUnie-SGP een concreet voorstel via het woonplan voorgelegd, wat we door middel van een motie aan deze raad voorleggen. De motie

Spreekt uit:

  • Dat de gemeente, om versneld betaalbare huisvesting te realiseren, de regie moet nemen door actief kleinschalige grondposities te verwerven en de realisatie van betaalbare (flexibele) huisvesting te bevorderen

Verzoekt het college

  • De in het Woonplan2020 van de ChristenUnie-SGP aangedragen werkwijze als extra instrument voor versneld realiseren van betaalbare huisvesting toe te passen en in samenwerking met de woningbouwvereniging kleinschalige woonprojecten in lijn met die werkwijze te realiseren.

 

Uit de reacties van andere fracties leiden we af dat verwerven van grondposities misschien bezwaarlijk gevonden wordt. Wat ons betreft is dat geen hard punt, als we het doel ook kunnen bereiken zonder dat de gemeente eigenaar wordt en de prijzen betaalbaar blijven, is dat wat ons betreft natuurlijk ook prima. Ik ben deze week bijvoorbeeld door een lokale grondeigenaar benaderd, die graag een perceel verhuurt en zelfs de suggestie gaf om daar dan een groter aantal eenheden voor starters te realiseren, waardoor bijvoorbeeld appartementen in de Croonstadlaan (dicht bij de winkels) beschikbaar gehouden kunnen worden voor senioren.

We hebben vragen gesteld over het gebruik van de termen vereveningsfonds en woningbouwfonds. Het college geeft aan hiermee hetzelfde te bedoelen. Wij stellen voor dan alleen over een “Vereveningsfonds Wonen” te spreken, omdat dat de lading dekt. Naar aanleiding die beantwoording is de ChristenUnie-SGP van mening, dat er geen vermenging moet zijn van een vereveningsfonds met gemeentelijke bijdragen. In die zin steunen we het college. Maar waar wij voor pleiten, is om een deel van de winst uit de grexen beschikbaar te houden voor het betaalbaar maken van woningen voor eigen inwoners. Dat zou je dan een woningbouwfonds kunnen noemen. Qua besteding zou je bijvoorbeeld kunnen denken aan een beperkte renteloze lening voor starters ter grootte van hun eigen inbreng met een maximum van bijvoorbeeld 10.000 euro. Bij verkoop van de woning zou die lening dan terugbetaald moeten worden. We geven dus geen subsidie of gift. Dit middel zorgt er echter voor dat een jonge starter uit onze gemeente met een lagere hypotheek bij de bank uit kan en dat een eigen woning bereikbaarder wordt. En zo zijn er wellicht nog andere ondersteuningsmaatregelen te bedenken die onze starters en jonge gezinnen helpen, maar waar een stukje financiële steun ze net even verder helpt. Ik doe een beroep op dit college en op deze raad om met ons “out of the box” mee te denken en zo’n fonds in te richten.

Daarnaast constateren wij dat er binnen de plannen van de provincie geen ruimte is voor de bouw van 2800 woningen, laat staan van 4800 woningen. De POVI (Provinciale Omgevingsvisie) zet de gemeente feitelijk op slot. Na het volbouwen van Marickenzijde (nog ca 600 woningen) en de benutting van de kernrandzones (maximaal 400 woningen) is het over, tenzij wel elk plantsoen vol willen bouwen en daar zit niemand op te wachten. De POVI wordt in de loop van dit jaar vastgesteld, en dus is het zaak om zo snel mogelijk met een concreet ruimtelijk ontwerp van onze gemeente naar de provincie te gaan, waarin een concreet bod gedaan wordt ten aanzien van bouwlocaties (rekening houdend met de mobiliteitseis), maar waarin ook de vraag van de provincie ten aanzien van natuur en energie meegenomen wordt. De ChristenUnie-SGP heeft in de achterliggende maanden gepleit voor zo’n raadsoverleg en ook suggesties gedaan ten aanzien van locaties. Is het college bereid om op heel korte termijn dit overleg met de raad te voeren om zo bij de behandeling van de POVI met een concreet bod vanuit De Ronde Venen naar de provincie te kunnen gaan?

 

Naschrift: helaas hebben we geen meerderheid gekregen voor ons woonplan. Daarmee heeft de raad wat ons betreft een kans op snelle realisatie gemist. Kennelijk is de vrees voor het (ver)nieuw(ende) groter dan de woningnood voor onze starters en senioren.

Ook wil het college niet aan een woonfonds zoals wij dat hebben voorgesteld. De huidige regelingen (mn de starterslening) vind de wethouder voldoende.

« Terug